Capybara

14-01-2025

De capibara, ook bekend als het waterzwijn, is het grootste knaagdier ter wereld. Het is een fascinerend dier dat voornamelijk in Zuid-Amerika voorkomt, waar het leeft in gebieden met veel water, zoals moerassen, rivieren en meren.

Uiterlijk

Capibara's hebben een stevig, cilindervormig lichaam bedekt met een grove, bruine of roodachtige vacht. Ze kunnen tot 1,3 meter lang worden en een gewicht van ongeveer 50 tot 70 kilogram bereiken. Hun poten zijn relatief kort, met zwemvliezen tussen de tenen, wat hen uitstekend maakt in het water.

Gedrag

Capibara's zijn sociale dieren die vaak in groepen leven, meestal bestaande uit 10 tot 20 individuen, hoewel grotere groepen mogelijk zijn in gebieden met overvloedig voedsel. Ze communiceren met een scala aan geluiden, zoals fluittonen, blaffen en piepen. Deze geluiden worden gebruikt om alarm te slaan, contact te houden of stress uit te drukken.

Habitat en voeding

Capibara's zijn semi-aquatisch en brengen veel tijd door in en rond water. Ze zijn uitstekende zwemmers en kunnen lange tijd onder water blijven om aan roofdieren te ontsnappen. Hun dieet bestaat voornamelijk uit gras, waterplanten en schors. Dankzij een speciaal spijsverteringssysteem kunnen ze voedsel met veel vezels efficiënt verteren.

Relatie met andere dieren

Capibara's hebben een rustige en tolerante aard, waardoor ze vaak in harmonie leven met andere dieren, zoals vogels die op hun rug zitten om parasieten te eten. Roofdieren zoals kaaimannen, anaconda's, en jaguars vormen een bedreiging, maar capibara's vertrouwen op hun snelheid en water voor bescherming.

Voortplanting

De voortplanting van capibara's is nauw verbonden met hun sociale structuur. Het dominante mannetje in een groep heeft vaak de meeste kansen om zich voort te planten. Na een draagtijd van ongeveer 150 dagen worden meestal 4 tot 5 jongen geboren, die al snel zelfstandig worden.

Interessante feiten

  • Capibara's zijn nauw verwant aan cavia's.
  • Ze kunnen knabbelen aan hun uitwerpselen om essentiële voedingsstoffen opnieuw op te nemen.
  • Hun naam komt uit het Guaraní en betekent "meester van de grasvelden."

Het zijn opmerkelijke dieren met een unieke rol in hun ecosystemen en een grote aantrekkingskracht op zowel onderzoekers als natuurliefhebbers.